Oktober 2008 Epiloog
Door: Dik Daub
Blijf op de hoogte en volg Dik
26 Oktober 2008 | Nederland, Amsterdam
Hoe kijk je nu, dus achteraf, tegen deze tocht aan?
Als een geweldig avontuur, iets wat je maar één keer in je leven meemaakt. Wat betreft afstand lopen vind ik het zelf een hele prestatie. We hebben 94 dagen gelopen en daarbij 2462 km afgelegd, wat 26,2 km per dag betekent. We hebben één rustdag (Santiago) genomen. Door te lopen ervaar je de omgeving totaal anders dan met een auto, en ik denk ook anders dan fietsend. Op een bepaalde manier wordt je een deel van die omgeving. Je leeft veel meer met die omgeving mee: elk huis bekijk je, elke hond hoor je, vaak zie je vele kilometers nauwelijks een mens. In feite heb ik het gevoel twee tochten gelopen te hebben, één tot Montreal, en één in Spanje. Tot Montreal liepen we zo goed als alleen samen en zagen we nauwelijks pelgrims, en buiten de steden zelfs weinig mensen. De belangrijkste kleur is het groen van weilanden en bossen. Tussen Montreal en de Spaanse grens is een overgangsgebied. Na Montreal ontmoet je veel medepelgrims, vooral in Spanje. Velen daarvan heb je al eerder gezien. De kleur van de velden in Spanje is veel meer geel van stoppels van gemaaid graan en verdroogde planten. Wanneer je eenmaal in je eindbestemming van een dag bent gearriveerd komt er dikwijls een vakantiegevoel boven, zeker als het mooi weer is. Meestal ga je een drankje drinken, en daarna ergens lekker eten. Het is een bijzondere ervaring contact te hebben met zo veel verschillende nationaliteiten. Bijna iedereen heeft dezelfde route gelopen en heeft ongeveer hetzelfde doel dus dat maakt het maken van gesprekken gemakkelijk, als ik even afzie van taalproblemen.
Is de tocht je meegevallen?
Fysiek zeker. Ik heb eigenlijk nauwelijks last gehad van lichamelijke en geestelijke ongemakken. Van vermoeidheid heb ik niet veel last. Het heeft wel gescheeld dat we in het algemeen prima weer gehad hebben. Ook zijn we niet ziek geweest. Kees heeft in het begin wel last gehad van flinke blaren. Daarna kreeg hij een ontsteking in zijn scheenbeen. Daardoor hebben we het eerste traject een week te vroeg moeten afbreken. Flink oefenen heeft geresulteerd in eigenlijk klachtenvrij lopen. Een balorige actie voor Morlanne gaf Kees weer een probleem met zijn scheenbeen. Het dwong hem een aantal dagen voorzichtig aan te doen. Ik heb grote bewondering voor Kees hoe hij het, als volledig a-sportief persoon die nauwelijks een stap liep, deze tocht op deze manier heeft kunnen maken. De rugzak was in het begin wel een last, maar later had ik er nauwelijks erg in. Slapen ging redelijk. Na de behandeling aan de prostaat eind 2007 moet ik ’s nachts een aantal keren uit bed, wat vooral in volle refugios zeer vervelend was. Even was ik bang voor problemen toen ik Leon nieuwe schoenen moest kopen, maar dat is heel goed gegaan.
Voelde je je, als ongelovige, een pelgrim?
Moeilijk vraag. De echte pelgrim in de Middeleeuwen was een gelovig iemand. Uit vroomheid liep hij naar Santiago de Compostela om kwijtschelding van zonden te krijgen en/of genezing te zoeken van eigen kwalen of die van familieleden. Duidelijk is dat ik niet zo’n echte pelgrim ben. Maar ik vraag me af hoeveel van de huidige ‘pelgrims’ nog deze argumenten hebben. Duidelijk is dat er velen min of meer religieuze motieven hebben voor hun tocht. Toch denk ik dat het oorspronkelijke ‘heilig geloven’ tegenwoordig weinig meer voorkomt. Wel heb ik gemerkt dat er vele pelgrims zijn die voor een belangrijke keuze in hun leven staan. Zij willen voor hun studie, werk, relatie, enz. door een bedevaartstocht afstand van het probleem nemen om zo tot een goede oplossing te geraken. Praktisch zijn de omstandigheden tussen de Middeleeuwse en moderne pelgrim onvergelijkbaar. Het totale gebrek aan communicatie met het thuisfront gedurende de lange heen- én terugreis van de Middeleeuwse pelgrim is misschien het belangrijkste verschil met de huidige pelgrim met zijn mobieltje. Mijn ervaring is ook dat de huidige pelgrim zich uitermate goed vermaakt met goed eten en drinken, maar volgens oude plaatjes leek dat vroeger niet anders. Blijft de vraag wel of geen pelgrim. Herman Vuistje heeft een boek geschreven “Pelgrim zonder god”. Hij zegt dat de tocht naar Santiago voor de hedendaagse pelgrim meer dan ooit een persoonlijke onderneming is geworden. De tocht sluit aan op de huidige tijdgeest, gericht op zelfontplooiing, individualiteit en bijzondere ‘belevenissen’. Hij koppelt het pelgrim zijn dus los van de religie. Op ongeveer dezelfde manier voel ik me ook een pelgrim. Ook voel ik door het lopen langs de oude pelgrimswegen een soort gast van het religieuze instituut “Bedevaart naar Santiago”. Ook voel ik me eenzelfde soort gast in refugio’s, kerken, enzovoort.
Wat deden jullie zoal onderweg?
Het dagschema was simpel: opstaan (in refugio tussen 6 en 7, anders tussen 7 en 8 uur) - ontbijt - vertrek - lopen - onderweg 2 á 3 keer een rustpauze met soms wat drinken en eten - aankomst in plek onderdak - wasje (sokken, polo, enz.) - douchen/rusten - eventueel bezichtiging plaats - eten - bellen naar huis - dagboek bijwerken - sms voor website naar Joéphine - naar bed (tussen 21 en 23 uur). Onderweg praatten we niet zoveel, en niet vaak over persoonlijke dingen. Zeker in het begin is het (katholieke) geloof veel het gespreksthema geweest, Kees heeft me daarin onderwezen. Regelmatig liepen we apart. Het pad was bijvoorbeeld te smal om naast elkaar te lopen of door een sanitaire daad of maken van foto’s moesten we elkaar inhalen. Dan konden mijn gedachten ver wegdwalen. Je zou dat soms mediteren kunnen noemen, maar die gedachten zijn niet veel anders dan die ik heb tijdens een eenzame autotocht of in bed als ik moeilijk in slaap kan komen. Ik zou het zeker geen spirituele ervaringen willen noemen. Je hoort en leest veel dat de pelgrims ‘hun geest leeg maken’. Ik heb dat niet meegemaakt. Wat ons wel opviel was het kwijtraken van de tijd. We wisten nog wel wát we meegemaakt hadden of wáár we geweest waren. Maar we konden niet meer boven tafel krijgen wannéér dat geweest was. De vaak gestelde vraag waar we vandaan kwamen konden we pas na lang piekeren en/of zoeken op de kaart beantwoorden.
Wat waren de ‘hoogtepunten’?
- Ons vertrek op een sombere maandagmorgen 14-8-2006 om 6.45 uit onze straat, uitgewuifd door onze lieve echtgenotes
- Pelgrimsmis in basiliek van Vezelay
- Verblijf in klooster St.-Gildard in Nevers (Bernadette)
- Verblijf in huis van Pieter Bol in Mesaudon
- Bereiken van Frans - Spaanse grensovergang
- Verblijf in Burgos
- Verblijf in Rabanal met Ben Steer
- Oude schoenen bij Cruz de Ferro
- Verblijf Duitse refugio La Faba
- Verblijf Santiago, pelgrimsmis, pelgrimsdiner Parador
- Cabo de Fisterra, km-paal 0 km, zonsondergang
Heel triest was op de terugreis uit Perigeux te horen dat onze vriend Joop Hopman was overleden. Grote indruk heeft ook gemaakt het overlijden van Wim Teunissen die we in de Pyreneeën voor Orisson ontmoet hadden
Ontmoet je veel pelgrims en hoe is het contact?
Zoals eerder vermeld zagen we na Montreal pas meerdere pelgrims en in Spanje zelfs (te) veel. Met een aantal hadden we meerdere keren contact. Van de Nederlands sprekende pelgrims wil ik noemen Gea & Willem, Charles Kempers, Jasper Koedam, Gerard van Tilburg met zijn Franse maat Louis, journalist Jan de Hoon, de loslopende damespelgrims Marijke, Isabelle (Vlaams) en Pauline, Ted uit Eindhoven. Ook hebben we met een aantal buitenlandse pelgrims meerdere malen opgetrokken, zoals David & Melanie (Australië), Andrew & Georgina (Canada), Franz (Bodensee, Duitsland), Anne-Malle Hallik (Estland), Birgit (Insbruck, Oostenrijk), Toni en Sep (Zuid Duitsland), Peter (Liverpool, Engeland) en een aantal Franse paren waarvan ik de namen niet meer weet. Na de tocht hadden we nog contact met Gea & Willem, Charles, Jasper, Anne Marie, David & Melanie, Andrew & Georgina, Anne-Malle. Een deel van die contacten staan in “Nagekomen berichten”. Omdat je eenzelfde doel hebt en een meestal dezelfde weg hebt afgelegd is er heel gemakkelijk een gesprek te beginnen. Bij taalproblemen doet men erg zijn best elkaar te begrijpen. Ook wordt er veel, eten en drinken, onderling gedeeld in vooral de refugio’s. Kenmerkend voor contacten op de Camino is dat ze soms redelijk intensief maar tegelijk ook vluchtig zijn.
Ben je een beter mens geworden?
Voor de tocht heb ik geschreven twee persoonlijke tekortkomingen te hebben waarvan ik hoop dat de tocht er iets aan kan verbeteren. Normaal loop ik vaak te suffen, met mijn gedachten te spelen, en vergeet bewust om mijn zintuigen te gebruiken, vooral om me heen te kijken (zien) en te luisteren (horen). In het begin heb ik wel degelijk getracht er bewust mee bezig te zijn, maar later ben ik dat helaas vergeten. Een andere slechte eigenschap is mijn gehaastheid. Ik heb altijd (te) weinig tijd, alles moet snel gebeuren, neem vaak niet echt de tijd ergens voor. Kortom weinig rust in mijn lijf. De idee is dat haast op deze tocht zinloos is: je moet 25 km op een dag lopen waar je een hele dag voor hebt. Eerder die dag op je eindbestemming arriveren heeft meestal geen zin omdat er vaak weinig te doen is. Dat heeft ook wel gewerkt, al snel paste ik me aan het dagelijkse ritme van rustig je dagelijkse kilometertjes lopen. Ook nu na de tocht heb ik het gevoel iets minder stress te hebben. Mocht ik het soms vergeten dan is er vaak een stemmetje in me dat me er aan herinnert.
Zoals ik al na afloop van het derde traject heb vermeld is de figuur Saint Jacques belangrijk voor mij geworden. In navolging van Charles, die we in mei 2007 ontmoet hebben, zijn we als grap bij mogelijke moeilijkheden gaan zeggen dat Saint Jacques het wel zou oplossen. En vaak kwam er dan een oplossing. Nu ben ik iemand die overal beren op de weg zie, die rekening houdt met alles wat tegen kan zitten. Zelf geloof ik wel dat het goed komt, maar ik uit me negatief. Dan is er nu “Saint Jacques” die me ‘laat weten’ dat ik niet zo zeuren moet. Het is een soort tweede, en betere, ‘ik’. Ook corrigeert hij me, hij laat me nadenken waarom ik bepaalde zaken zo zeg of doe. Hij is belangrijk voor me, het is gemakkelijker met hem dan met mezelf te discussiëren.
Heb je last gehad van het “Compostela-syndroom”?
In ”De Gelderlander” van 16 mei 2008 stond een artikel “Compostela-syndroom bedreigt pelgrims”. Psychiaters van een ziekenhuis in Burgos hebben in een zevenjarig onderzoek aangetoond dat pelgrims vaak aan psychische stoornissen lijden, variërend van hallucinaties tot zware depressies. Ik heb daar geen last van gehad. Ik geloof zelf dat met vele lopers, zeker die ‘overdreven’ emoties tonen, al in meer of mindere mate iets aan de hand is. Ze zijn een beetje ziek (depressief), hebben problemen (vaak van relationele aard in huwelijk, werk), zijn te spontaan aan de tocht begonnen (geen oefening met veel bagage, nieuwe schoenen, te weinig conditie, onderschatting weersomstandigheden, enzovoort). De cultureel antropologeTabitha Gerrets steunt mij, achteraf gezien, in deze opvatting. Zij heeft een proefschrift geschreven over de impact die de pelgrimstocht maakt op het leven na thuiskomst (voor samenvatting lezing voor Nederlands Genootschap van Sint Jacob www.santiago.nl/pdf_files/Samenvatting_lezing_Najaarsverg_2007_Tabitha.pdf).
Heb je heimwee naar de tocht?
Tot nu toe totaal niet, maar ik heb het gevoel dat het wel gaat komen. Vooral als ik nu in de dagboeken (ik heb van alle drie trajecten tot nu toe een boek met de verhalen en de foto’s van de website) lees begint het te kriebelen.
Ga je nog eens een dergelijke tocht lopen?
Dat ben ik niet van plan. Het is zo’n uniek avontuur geweest dat ik denk dat elke nieuwe poging op een teleurstelling zal uitlopen. Ik ben ook geen geweldige liefhebber van grote afstanden lopen, vandaar dus geen motivatie voor een lange (pelgrims)tocht.
Waarom nog naar Fisterra?
De Camino Francés volgt een veel oudere pelgrimsroute, die de Kelten al gebruikten. Die route liep door naar het toenmalige einde van de wereld. In de Middeleeuwen volgden veel christelijke pelgrims dit oude voorbeeld. Na Santiago de Compostela liepen ze verder naar Cabo Fisterra, de Kaap aan het Einde van de Wereld. Daar verbrandden de pelgrims dan op het strand hun kleren. Een symbolische maar zeer waarschijnlijk ook noodzakelijke handeling. Pelgrims-van-nu pakken deze oude traditie steeds meer op. De meeste pelgrims gaan nu echter met de bus.
Zelf wilde ik graag dit einde van de wereld bereiken en daar de zon zien ondergaan. De Spaanse legende wil dat Jacobus na de verrijzenis van Jezus de zendingsopdracht om te gaan naar het einde der aarde zo letterlijk opvatte dat hij naar Finisterra (het einde van de aarde) in Gallicie trok. Het is in ieder geval bekend dat veel pelgrims in de middeleeuwen dit voorbeeld gevolgd hebben.
Kees vond dit extraatje zoals zovele pelgrims ook onzin, maar wilde mij niet alleen laten. Achteraf ben ik blij dat ik lopend naar Finisterra ben gegaan. Gelukkig hadden we wel mooi weer en zagen we werkelijk op de kaap de zon in de zee zakken. Ik vond dit een heel emotioneel moment en voelde me hier ook sterk verbonden met de middeleeuwse pelgrim die dit gebeuren vol ontzag aanschouwde. Ook was dit een mooi einde van een onvergetelijke tocht.
Wie te bedanken?
Natuurlijk in de eerste plaats Ine die deze heel aparte en onvergetelijke ervaring mogelijk maakte door mij aan te sporen mee te gaan met Jan en Kees (“als je het graag wilt moet je het nu doen, nu kan je het nog”). Ik weet dat ze het niet echt leuk vond zo lang alleen te zijn, vooral ’s nachts en in de stille weekenden. Toch als ik belde was ze altijd positief, geïnteresseerd en hartelijk. Ook was ze altijd bij elk vertrek en terugkomst aanwezig. Voor vertrek kreeg ik een mooi klein notitieboekje met bijbehorend pennetje om een dagboek bij te houden. Het is precies vol geschreven. De laatste keer stond thuis een prachtige bos rozen klaar. Ik voelde me (en voel me nog steeds) ten opzichte van Ine in het krijt staan en zal dit niet gemakkelijk kunnen vergoeden.
Mijn dochter Joséphine weer en nogmaals bedankt voor het overzetten van de dagelijkse sms’n naar de website. Volgens haar stelde het niet zoveel voor, maar het moest toch maar elke dag gebeuren. In de eerste weken was ze bij communicatieproblemen ook paraat.
Het is mogelijk van de website www.dikdaub.waarbenjij.nu, dus tekst met reacties en foto’s, een album te laten maken. Van mijn kinderen Minka & Emiel (+ kleinzoon Biko), Joséphine & Javier en Dik & Manon heb ik voor mijn verjaardag (21 december) het album van het eerste traject van 14-8 t/m 17-9-2006 en het derde traject van 1-9 t/m 29-9-2007 als cadeau gekregen. Voor het bereiken van Santiago en Fisterra zal ik van hen het album van het laatste traject van 12-4 t/m 6-5-2008 krijgen als het afgerond is. Het zijn werkelijk fantastische geschenken, ik ben geweldig blij met deze blijvende herinneringen.
Mijn medepelgrim Kees bedankt voor zijn bijna onveranderlijk goede humeur, ondanks mijn soms vervelende reacties op ideeën en gewoonten van hem. Daarnaast was hij ook mijn tolk voor Frans en Spaans en leraar in het “Het Rijke Roomse Geloof”. Van hem heb ik het album van het tweede traject van 7-5 t/m 31-5-2007 cadeau gekregen. Ik ben daar ook heel blij mee.
Ook familieleden en vrienden die in gedachten en via de website met ons ‘meegelopen’ hebben bedankt. Door hun reacties voelden we ons gesteund door het ‘thuisfront’.
Zeker moet ik bedanken de vele pelgrims die we in meer of mindere mate “ontmoet” hebben. De meeste voor ons belangrijke ontmoetingen heb ik al met naam bij de vraag “Ontmoet je veel pelgrims …..?” vermeld. Zij waren het die aan onze Tocht een extra dimensie gaven. Dat geldt ook voor ontmoetingen met niet-pelgrims als Pieter Bol, een aantal gastdames en -heren van gîtes en refugio’s, bijvoorbeeld die in Pont du Dognon (alleen in hotel), Lentiles (eigenaar komt van ver om voor ons te koken), Monclar (sympathiek echtpaar), Lannux (fantastisch diner), Ostabat (zingende patron), San Martin (koude eetkamer, maar zeer gezellig diner). En ook de mensen die ons zomaar uitnodigden voor een pilsje (Belgisch-Franse grens), een kop thee (Elise in Isle) of een kop koffie (jarige man in Logroño).
-
10 November 2008 - 12:30
Nico Leegwater:
mooi verslag DIK leuk nog even nalezen. je bent gelukkig 1 van je 2(tekortkomingen) kwijt suffen toch?
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley